De Rode Prinses heeft haar hele leven doorgebracht in het Witte-Torenpaleis, zonder dat iemand uit de buitenwereld haar ooit te zien heeft gekregen. Op de dag dat ze voor het eerst die buitenwereld in mag, op haar twaalfde verjaardag, wordt ze meteen ontvoerd door drie brutale rovers en begint het avontuur van haar leven.
Maar als niemand je ooit heeft gezien, hoe kun je dan bewijzen dat je de echte Rode Prinses bent? En als niemand de Rode prinses ooit gezien heeft, bestaat ze dan eigenlijk wel?
De magische vertelstijl van Paul Biegel is al decennia favoriet onder kinderen en in dit boek is weer goed te merken waarom. Het was lang alleen maar tweedehands verkrijgbaar, maar nu is ‘De Rode Prinses’ weer in een prachtige nieuwe uitgave verschenen, met illustraties van niemand minder dan Charlotte Dematons!
Wanneer je als tweeling in het weeshuis te horen krijgt dat je eigenlijk van een oude adellijke familie afstamt, spring je natuurlijk een gat in de lucht en pak je meteen je boeltje in.
Maar dit is niet zomaar een familie, want het familie motto ‘Stapelgek maar niet gevaarlijk’ blijkt al snel op waarheid te berusten en dat luidt dan ook een knotsgek en levensgevaarlijk avontuur in.
Deze mooie heruitgave van dit al in 1996 verschenen boek van Mark Tijsmans, vooral bekend van zijn populaire serie Wiet Waterlanders en zijn scripts voor de Vlaamse politieserie Flikken, doet de auteur hopelijk ook eens goed doorbreken in Nederland.
De mens lijkt er zich een waar genoegen in te hebben geschept om nieuwe en uitdagende manieren te bedenken om zijn woningen te bouwen, de diepte in, de hoogte in, verplaatsbaar op het water of juist op het land en gemaakt van een enorme verscheidenheid aan materialen.
In ‘Hier wonen wij’ doet Signe Torp een moedige poging om zoveel mogelijk van deze verschillende huizen te bespreken en vooral ook te tekenen.
De prachtige tekeningen in dit boek stelen dan ook de show en het begint al meteen goed met een prachtige dwarsdoorsnede op een grote uitklappagina. Vier pagina’s aan gedetailleerde kasteel interieuren zetten de toon voor een boek vol verrassingen. Lees meer »
Tasko en zijn nieuwe buurmeisje Fenna zijn allebei gek op tekenen. Als Tasko een tekening van Fenna afmaakt komen ze met zijn tweeën ineens in de wereld van de tekening terecht en belanden ze van avontuur in avontuur.
Ze maken vrienden met hun getekende karakters en de twee paarden die Fenna had getekend. Maar hoe komen ze weer terug in de echte wereld? En willen ze dat eigenlijk nog wel?
Het gegeven van een tekening waar de hoofdrolspelers in stappen is heerlijk voor kinderen, zo kunnen ze hun eigen fantasiewereld echt beleven en dat is natuurlijk de droom van elk kind. De gedeelde tekening van Tasko en Fenna bevat allerlei dingen die ze leuk vinden, maar er zit toch wat meer achter dan je op het eerste gezicht zou denken en zo wordt het een heel spannend avontuur.
De vakantie van Brian lijkt enorm suf te gaan worden, hij wordt door zijn ouders in het saaie dorpje Balen bij Oom Gerry achtergelaten die hem de hele vakantie zijn educatieve software wil laten testen. Maar dan ontmoet hij Cosmo die met zijn bizarre familie in het half vervallen Luciferkasteel woont en waar altijd wat te beleven valt.
Dat het kasteel op de lijst staat van te slopen gebouwen is nog het minste probleem waar Brian, zijn nichtje Nora en hun nieuwe vriend Cosmo mee te maken krijgen. Reuzenwespen, wilde everzwijnen, de oom van Cosmo die al maanden verdwaald is in het kasteel en de grotten onder het kasteel zorgen voor genoeg avontuur voor wel tien zomervakanties!
Ondanks dat het avontuur aan het begin niet heel snel op gang lijkt te komen, is het boek vlot geschreven en staat het bol van de spannende belevenissen. Want als Brian eenmaal in contact is gekomen met Cosmo en zijn familie in het kasteel volgen de bizarre gebeurtenissen zich in hoog tempo op.