Nu oom Fos ziek is moet Ardin in de timmerwerkplaats werken om de grootste opdracht ooit voor de timmerman op tijd klaar te krijgen. Maar dat gaat nooit lukken als oom Fos niet beter wordt en dan wordt Ardin ook nog eens afgeleid door een bijzonder stuk hout dat hij vindt.
Het mysterieuze Schemerwoud aan de rand van het dorp intrigeert de kinderen van het dorp al tijden. Wanneer het bijzondere stuk hout Ardin het bos in leidt begint een bijzonder avontuur dat het leven van alle dorpelingen op zijn kop zet.
Vast auteursduo Jeanet Kingma en Myriam Berenschot hebben samen al heel wat boeken op de markt gebracht. Het eerder gerecenseerde ‘Viltstiftbos‘ bijvoorbeeld, waarin een bos ook al een grote rol speelde, was al erg leuk, maar beide auteurs lijken behoorlijke stappen te hebben gemaakt ondertussen.
Er is een misdaad gepleegd in de bibliotheek en de bibliothecaris wordt ernstig verdacht. Lev z’n vader vertrouwt het niet en wil dat Lev hem helpt om de onschuld van bibliothecaris Sjaak te bewijzen. Maar Lev heeft wel wat anders aan zijn hoofd!
Wanneer ineens zijn vader in het verdachtenbankje zit, moet hij toch aan de slag, en dat is dan meteen ook de eerste zaak van het fonkelnieuwe Bureau S.P.E.U.R.N.E.U.S. & zo.
Het eerste boek dat we hier recenseren van Jozua Douglas, een auteur waar we de afgelopen jaren heel veel populaire en leuke boeken van hebben gezien, zoals de heerlijk maffe Costa Banana serie. Korte hoofdstukken, veel grappen en nog meer spannende actie en zo nu en dan wat goeie onverwachte wendingen. Jozua Douglas weet wel wat jonge lezers leuk en spannend vinden.
Wanneer je als tweeling in het weeshuis te horen krijgt dat je eigenlijk van een oude adellijke familie afstamt, spring je natuurlijk een gat in de lucht en pak je meteen je boeltje in.
Maar dit is niet zomaar een familie, want het familie motto ‘Stapelgek maar niet gevaarlijk’ blijkt al snel op waarheid te berusten en dat luidt dan ook een knotsgek en levensgevaarlijk avontuur in.
Deze mooie heruitgave van dit al in 1996 verschenen boek van Mark Tijsmans, vooral bekend van zijn populaire serie Wiet Waterlanders en zijn scripts voor de Vlaamse politieserie Flikken, doet de auteur hopelijk ook eens goed doorbreken in Nederland.
Er is een dode gevallen en er wordt gedacht aan een ongeluk, maar Dash vertrouwd het niet en is er van overtuigd dat iemand dr. Ronald Holz heeft vermoord. Normaal zou de je politie bellen, maar dat heeft voor Dash niet veel zin, hij woont immers op de maan en het dichtstbijzijnde politiebureau is meer dan 380.000 kilometer verderop!
Het leven op de Maan was voor Dash eerst oersaai (nooit buiten spelen, vies eten en die wc’s!), maar wordt nu ineens wel erg spannend, misschien zelfs een beetje té spannend.
In 2041 leven er zowaar mensen permanent op de maan, maar helaas hebben we schijnbaar ook onze misdadige impulsen meegenomen. En net als op de aarde kan dat leiden tot bijzonder spannende en mysterieuze situaties waarin de jonge Dashiell in dit boek belandt als hij probeert het raadsel te ontwarren.
Het is niet makkelijk om half-ork te zijn, zoals Jorrik de Ork. Mensen pesten je en maken je belachelijk, maar je familie aan vaderskant, de orken, hebben weer een enorme hekel aan mensen. Dat kan bijna niet goed gaan!
Dan is Jorrik ook niet zomaar een half-ork, hij is namelijk de enige. Maar als hij er eenmaal achter is wie zijn vader is dan komt alles vast goed, toch?
Een origineel Nederlands fantasy boek voor kinderen dat ook nog eens erg leuk is, dat kom je niet zo vaak tegen jammer genoeg. Maar deze serie, Jorrik de Ork wordt opgevolgt door ‘Jorrik de Ork – De steen van de schimmen‘, brengt daar verandering in!
Omdat Merel het meest walgelijke dat je maar kunt bedenken toch doet, wordt ze midden in de nacht gekidnapt door woeste piraten. Vanaf dan belandt ze in een wervelwind van spanning en gevaar en beleeft ze de meest waanzinnig avonturen.
Maar Merel Jansen is nergens bang voor en vol goede moed helpt ze op geheel eigen wijze de bemanning van De Woesde Made met hun zoektocht naar de stukjes X.
Dit is het eerste deel in een trilogie van avonturen waarin Merel Jansen de hoofdrol speelt. Een drietal boeken die uitblinken in avontuur en humor met een onverwachte hoofdrolspeler waar ieder kind zich in kan herkennen.
De vakantie van Brian lijkt enorm suf te gaan worden, hij wordt door zijn ouders in het saaie dorpje Balen bij Oom Gerry achtergelaten die hem de hele vakantie zijn educatieve software wil laten testen. Maar dan ontmoet hij Cosmo die met zijn bizarre familie in het half vervallen Luciferkasteel woont en waar altijd wat te beleven valt.
Dat het kasteel op de lijst staat van te slopen gebouwen is nog het minste probleem waar Brian, zijn nichtje Nora en hun nieuwe vriend Cosmo mee te maken krijgen. Reuzenwespen, wilde everzwijnen, de oom van Cosmo die al maanden verdwaald is in het kasteel en de grotten onder het kasteel zorgen voor genoeg avontuur voor wel tien zomervakanties!
Ondanks dat het avontuur aan het begin niet heel snel op gang lijkt te komen, is het boek vlot geschreven en staat het bol van de spannende belevenissen. Want als Brian eenmaal in contact is gekomen met Cosmo en zijn familie in het kasteel volgen de bizarre gebeurtenissen zich in hoog tempo op.
Wanneer Ruby alleen in haar zolderkamertje in bed ligt, spookt het liedje van de straatmuzikant over de grotteling door haar hoofd. En dan beginnen er ook nog eens allemaal vreemde geluiden haar kamer binnen te dringen. Het zou toch niet?….
De beschrijvingen in het versje over de Grotteling lijken precies overeen te komen met de onzichtbare nachtbraker die de buurt op stelten zet. Maar dan blijkt de Grotteling een bekende te zijn, die een heel duidelijk doel voor ogen heeft met zijn nachtelijke activiteiten.
Net als de al eerder gerecenseerde ‘De Kleine Walvis’ is dit boek ooit begonnen als een korte animatiefilm van de auteur, die ook animatie-regisseur is. In 2005 heeft Benji Davies namelijk een korte animatiefilm gemaakt genaamd ‘The Grotlyn’ en dit is dus de boekversie van datzelfde verhaal.