Het leven van een verlegen spookje is niet makkelijk, want niemand lijkt Seppo te zien staan. Zelfs Alma, het mooiste monster van de stad, en het onzichtbaarste, lijkt niet naar hem om te kijken.
Maar net als Seppo denkt dat het nooit meer goed komt en zelfs zijn ouders hem lijken te zijn vergeten, blijkt het toch heel anders te zitten.
De auteur met de prachtige naam komt oorspronkelijk uit Mexico en dat is goed aan de tekeningen af te zien. De macabere, maar tegelijkertijd heel vrolijke stijl van de Mexicaanse feestdag ‘Día de Muertos’ viert in dit boek de boventoon.
Het super vrolijke magisch woud is natuurlijk super vrolijk en heel erg magisch, maar er wil ook nog wel eens een giga-gevaar de vrede verstoren. Dit keer neemt het gevaar de vorm aan van een gemene gigazwam wat de super vrolijke helden dan ook weer een groots en meeslepend avontuur belooft te bezorgen.
Een eenhoorn, een faun, een kabouter en een fee (oja en natuurlijk een paddenstoel) zijn de aangewezen helden om dit gevaar het hoofd te bieden, de opmaat voor een vrolijk gestoord verhaal.
Een heerlijk bizar verhaal in de traditie van veelverkopers als De Waanzinnige Boomhut, Kapitein Onderbroek en Tom Groot, maar dan met dwergen, eenhoorns en draken in een land vol magie.
Melody is de gelukkige eigenaar van een wel héél bijzondere boot, een boot die door de lucht zweeft, voortgedreven door de weergaloze trompettenbuitenboordmoter.
Met die vliegende boot bezoekt ze in dit prachtige prentenboek een zwevend eiland. Een wel heel bijzonder eiland, waarvan de bewoners, net als Melody, dol zijn op muziek.
Julius Muis is het liefst alleen. Hij ontloopt eigenlijk al zijn mede-bosbewoners, vaak uit noodzaak, maar bijna even vaak omdat hij ze maar vervelend vindt. Tot hij ineens onverwacht bezoek krijgt en dat blijkt toch leuker dan hij op het eerste gezicht had verwacht.
Het verhaal van een zelfredzame muis die zijn eigen gang gaat, maar in een onverwachte bezoeker een nog minder verwachte vriend vindt.
Het tweede boek dat wij recenseren van Joe Todd-Stanton is misschien nog wel mooier dan het eerste, ‘Het geheim van de Zwarte Rots, wat toch ook al een prachtboek was. Net als het vorige boek heeft deze ook weer een hele fijne stevige omslag en mooi dik papier, wat meteen het gevoel van hoge kwaliteit geeft.
Nadat Carlo per ongeluk in het pad van een tornado terecht komt, wordt hij wakker in een weiland, maar wat nog veel vreemder is, het is 15 jaar later en Carlo zelf is nog precies hetzelfde!
Dat is echter niet het enige wat is veranderd, en Carlo moet aan de slag om te achterhalen wat er nu allemaal voor vreemds aan de hand is, en hoe hij weer terug komt, want de toekomst is helemaal niet naar zijn zin.
De skateboardende Carlo is niet echt tevreden met de bizarre figuren in zijn familie, maar wat de toekomst hem brengt zint hem nog minder. De opmaat voor een knotsgek verhaal met een niet minder bizarre afloop.
Wanneer Julian en Anne met de zomervakantie naar Kirrin Bay gaan, weten ze niet dat ze daar een avontuur zullen beleven dat ze hun hele leven zal bijblijven én dat ze vrienden zullen maken met wie ze nog héél veel avonturen gaan beleven.
Het eerste boek over de beroemde Vijf, in een moderne vertaling uit de jaren 90 en met een mooie nieuwe cover als opmaat naar een hele vernieuwde serie. Dat is weer eens ouderwets genieten!
Er is geen avontuur te groots of mysterie te spannend om door Julian, Anne, George, Dick en de trouwe viervoeter Timmy te worden bedwongen. Dat de titel van het boek ook is aangepast en daarmee niet meteen een heel belangrijk onderdeel van het avontuur onthuld, is mooi meegenomen.
Haas geniet met zijn vrienden van hun weiland aan de rand van het bos, met de rivier en de heuvel vlakbij. Dit moet wel de fijnste plek van de wereld zijn.
Een lange reis langs bijzondere plekken voert Haas van de ene verwondering in de andere. Allemaal fijne plekken, maar de fijnste plek is het niet, want overal mist toch iets, maar wat?…
Wanneer Haas zijn mooie plekje verlaat om op zoek te gaan naar de fijnste plek van de wereld, stapt hij een avontuur binnen dat door de mooie kleurrijke tekeningen overstroomt van optimisme en vrolijkheid.
Wanneer de naamloze hoofdrolspeler op zoek gaat naar zijn vrienden, krijgen wij een rondleiding door de wijk waar hij woont. Een wijk waarin de meest hoogstaande architectonische juweeltjes zijn verzameld.
Een bijna filosofische zoektocht leidt de protagonist van zijn eigen voordeur langs de huizen van zijn vrienden en weer terug naar diezelfde voordeur, waar onverwacht iedereen te vinden is!
De vrolijke felgekleurde huizen in een enorme verscheidenheid aan maten en vormen, in combinatie met de mensen die rustig hun eigen weg gaan, terwijl de hoofdrolspeler alle hoeken en gaten van zijn geliefde wijk doorzoekt, maakt dit een heerlijk vrolijk kijkboek waar veel in te ontdekken valt.