Uitgeverij C. de Vries-Brouwers is een onafhankelijke uitgeverij die is opgericht in 1946 met vestigingen in Antwerpen en Rotterdam.
Naast een eigen fonds met vooral boeken gericht op een jong publiek zijn er ook een aantal importfondsen waarin zowel fictie als non-fictie over een grote verscheidenheid aan onderwerpen vertegenwoordigd zijn.
De uitgeverij is vooral bekend door het bijzonder succesvolle klassieke prentenboek ‘Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft‘ waar nog elk jaar nieuwe edities van verschijnen.
Broertje Beer wil dolgraag met zijn grote broer mee op avontuur, zijn grote broer zit daar echter niet echt op te wachten. Zo’n vervelend klein broertje dat maar in de weg loopt de hele tijd, maar dan blijkt dat kleine broertjes soms ook handig kunnen zijn!
Dat grote en kleine broertjes niet altijd op één lijn zitten is een bekend fenomeen voor de gemiddelde ouder, maar meestal duurt dat niet lang. Zo ook niet in dit boek, waar broederliefde irritatie en frustratie overwint, zoals altijd in een goede relatie.
Owen Davey heeft al heel wat prachtige boeken gemaakt, maar van zijn kinderboeken is dit helaas het enige fictieboek dat vooralsnog in het Nederlandstalig is verschenen. Zijn stijl is echter nog altijd dezelfde, een prachtige gestileerde jaren vijftig-achtige sfeer die tegelijkertijd enorm modern oogt.
Wanneer een jongen en een meisje samen met hun opa een wandeling door het bos maken, zitten de kinderen vol met vragen, want waar komt dat bos eigenlijk vandaan?
Geduldig legt opa uit hoe het ontstaan van een bos begint, wat er allemaal nodig is voordat planten, laat staan bomen, kunnen groeien en hoe uiteindelijk een bos met alles erop en eraan ontstaat.
Kinderen kunnen je op de meest bijzondere momenten verrassen met de meest uiteenlopende, onverwachte, maar toch vaak bijzonder diepzinnige vragen. ‘Wie maakt het bos?’ is zo’n vraag. Niet heel makkelijk te beantwoorden, maar een goede ouder zou hier toch een goed antwoord voor moeten hebben?
De kleine Tijn is er van overtuigd dat Sinterklaas hem gaat overslaan, want hij is best vaak stout en je moet juist alleen maar lief zijn om cadeautjes te krijgen van de Sint, toch?
Maar dan komt hij er achter dat Sint Nicolaas de soep niet zo heet eet als hij wordt opgediend, niemand is immers perfect en dus verdiend ook Tijn een mooi cadeau.
Vanaf het eerste moment dat je dit boek opent, spatten de kleuren van de bladzijdes. Donkere winterse nachten worden afgewisseld met warme interieurs die in een goudkleurige gloed de lezer tegemoet komen. De knusse warme avonden waar de viering van het sinterklaasfeest ook voor staat, worden zo op een bijzonder mooie manier verbeeld.
Ed is een schatje, maar als hij een slechte bui heeft, kun je je maar beter uit de voeten maken, want dan is de beer los! Het begint klein, maar al snel is de hele stad tot stilstand gekomen, en waarom nou eigenlijk?
Maar gelukkig veranderd zijn bui ook weer door iets kleins en kijkt hij weer omhoog, waar de vrolijke dingen zijn, die zijn bui weer goed maken. En er is toch vast wel iets te doen aan die slechte buien?
Een erg grappig en herkenbaar verhaal en al levert Ed zijn boze bui wel een heel spectaculaire bende op, wonderschoon in beeld gebracht door Júlia Sardà, veel ouders zullen de buien van Ed bekend voorkomen.
Wanneer de kleine mol uit zijn hol komt gekropen, landt er een grote vieze drol bovenop zijn kop! De kleine mol gaat meteen op zoek naar de viespeuk die dat heeft gedaan.
Tijdens de zoektocht van de kleine mol naar de onverlaat die op zijn kop heeft gepoept, leert hij vanalles over de verschillende uitwerpselen van de dieren in zijn omgeving. Gelukkig zijn er een stel connaisseurs die hem kunnen helpen te achterhalen wie zo onvoorzichtig is geweest met zijn poep.
Ondertussen al een onvervalste klassieker en niet voor niks in vele verschillende edities verschenen (klein, groot, zacht, hard, pop-up, Fries enzovoorts); dit boek is gegarandeerd een succes! De gemiddelde kleuter zal een boek over poep natuurlijk niet kunnen weerstaan, maar gelukkig is het verhaal en de taal van de mol ook nog zo leuk, dat zelfs de meest beschaamde voorlezer er veel plezier aan zal beleven.